Ga naar de navigatie Ga naar de content Ga naar de footer
Menu

Het belang van een goede mondzorg voor kwetsbare ouderen wordt steeds meer onderkend. De Nederlandse Vereniging voor Gerodontologie (NVGd) zet zich hier op verschillende manieren voor in. dental INFO sprak met Wim Klüter, voorzitter van de NVGd.

Wat doet de NVGd?

“De NVGd heeft als doel het bevorderen van de mondzorg voor kwetsbare en zorgafhankelijke ouderen. Dit doen we op verschillende manieren. We bevorderen wetenschappelijk onderzoek op het gebied van gerodontologie en proberen de mondzorgverlening aan de ouderen te verbeteren. Zo ontwikkelen we bijvoorbeeld protocollen en kwaliteitsbevorderende activiteiten. Ook organiseren en ondersteunen we regionale studiegroepen, cursussen, congressen en post-initiële differentiatieopleidingen. Hiermee bewaken en verhogen we het competentieniveau van beroepsbeoefenaren. Ook biedt de NVGd een platform aan mondzorgverleners om met elkaar van gedachten te wisselen, ervaringen uit te wisselen en richting te geven aan nieuw beleid.”

Daar is nog steeds behoefte aan?

”We staan aan de vooravond van een enorme verandering in de zorg. We zullen de komende jaren – volgens mijn persoonlijke mening – meer een branchevereniging moeten worden. Daarnaast moeten we de specifieke mondzorgproblematiek van ouderen uitdragen richting (para)medische beroepsbeoefenaren, de doelgroep zelf en hun naasten. Het wordt steeds duidelijker dat er een relatie is tussen de mondgezondheid en de algemene gezondheid. Het is belangrijk dit uit te dragen naar andere zorgverleners, zoals huisartsen, verpleegkundigen, verzorgenden, diëtisten en logopedisten. De NVGd staat specifiek open voor alle drie de erkende beroepsbeoefenaren in de mondzorg: tandartsen, mondhygiënisten en tandprothetici, maar ook voor artsen en overige geïnteresseerden. Ouderenzorg is gebaseerd op multidisciplinaire samenwerking!”

Wat is de problematiek van kwetsbare ouderen in relatie tot mondzorg?

“Door de sterk verbeterde mondzorg en de bewustwording van het belang van een gezond gebit, behouden steeds meer ouderen tot op hoge leeftijd hun natuurlijke tanden en kiezen. Het overgrote deel van babyboomgeneratie is dentaat, heeft veel mondzorg geconsumeerd, is veel mondiger en eisender en bewuster van het belang van een goede mondgezondheid. Men heeft veel geld in het gebit geïnvesteerd en wil de eigen dentitie tot in lengte van dagen behouden.

Met het ouder worden ontstaan echter meer ziekten en daaraan gekoppeld neemt het medicijngebruik toe. Door fysieke gebreken kan het moeilijker worden de mondverzorging op peil te houden, zeker als tandartsen complexe constructies hebben aangebracht waardoor het onderhoud moeilijker wordt, zoals kronen, bruggen en/of frames met precisieverankering. Daarnaast hebben steeds meer ouderen orale implantaten om een gebitsprothese houvast te geven. Een dergelijke complexe mondsituatie vraagt om goed onderhoud. Door polyfarmacie en gevolgen van multimorbiteit kan de mondgezondheid in gevaar komen, denk daarbij bijvoorbeeld aan de toename van (wortel)cariës als gevolg van xerogene medicatie.”

Geldt dit voor alle ouderen?

“Het gezond houden van de mond wordt vooral lastig wanneer er zich fysieke of psychosociale problemen voordoen. Manuele vaardigheden en mobiliteit nemen af en daarmee wordt ook de fysieke toegang tot de mondzorgpraktijk moeilijker. Het belang van een gezonde mond krijgt een lagere prioriteit dan onmiddellijk merkbare (medische) problemen. Bij cognitieve problemen wordt goed gebitsonderhoud vrijwel onmogelijk. De levenskwaliteit en de algemene gezondheid kunnen hier sterk onder lijden. Niet zelden zien we dat bij toenemende kwetsbaarheid de noodzakelijke voedselinname in gevaar komt door slecht gebitsonderhoud. Passende mondzorgverlening voor kwetsbare ouderen wordt een steeds groter en complexer probleem!”

De behoefte aan mondzorg neemt dus toe?

“Ja, we worden straks geconfronteerd met een grote vraag naar tandheelkundige zorg bij ouderen, doordat mensen tegenwoordig tot op veel hogere leeftijd over hun eigen dentitie beschikken. We hebben hiervoor veel menskracht nodig! Straks zullen er meer mondzorgverleners nodig zijn die bekwaam zijn in het verlenen van deze zorg. Niet elke mondzorgverlener die in een algemene praktijk werkt, heeft de benodigde kennis en ervaring om dit adequaat aan te pakken. Het vraagt om een specifieke attitude en aanpak, het accent ligt veel meer op preventie dan op curatie. Verder is het is heel duidelijk dat de mondzorg aan (kwetsbare) ouderen vanuit de algemene mondzorgpraktijk zal moeten plaatsvinden (puur op basis van aantallen).

De NVGd streeft naar gespecialiseerde, integrale en interdisciplinaire eerstelijnsmondzorg, die lokaal of regionaal georganiseerd is. Daarnaast is hulp vanuit de algemene mondzorgpraktijk absoluut noodzakelijk op basis van beschikbare menskracht.”

Waarom richt de NVGd zich alleen op ouderen die nog thuis wonen?

“Voor de NVGd is de zorg voor thuiswonende kwetsbare ouderen veel betekenisvoller dan de intramurale zorg. Ouderen in een zorginstelling vallen veelal onder de Wet langdurige zorg (Wlz). Met het in 2017 door Zorginstituut Nederland uitgebrachte pakketadvies ‘Goede zorg voor de meest kwetsbare cliënten’ worden de problemen vanaf 2020 voor de institutionele zorg opgelost. Elke intramuraal verblijvende cliënt krijgt dan alle zorg (dus ook mondzorg) die hij of zij vanuit de Wlz nodig heeft.

De laatste jaren zijn de criteria om in een zorgcentrum te komen aanzienlijk verzwaard. Bovendien is het huidige beleid er op gericht om mensen zo lang mogelijk thuis te laten wonen. Dit betekent dat thuiswonende ouderen een veel complexere medische status en zorgvraag hebben dan pakweg vijftien jaar geleden. We zien al jarenlang dat de mondgezondheid van nieuw opgenomen bewoners van zorgcentra slecht is. De gebitsverwaarlozing begint in de thuissituatie vanaf het moment dat men kwetsbaar wordt. De zorg voor thuiswonende kwetsbare ouderen is dan ook veel belangrijker (nijpender) en doelmatiger dan de intramurale zorg. Bovendien verblijven ouderen nog slechts kort in een zorginstelling. Dit laatste stadium van ons zorgstelsel is een sterfhuis geworden. Door hun gecompliceerde medische status is de mondzorgverlening aan bewoners van zorgcentra merendeels palliatief van aard.”

Er lopen al een aantal projecten voor kwetsbare ouderen zoals het landelijke project ‘De Mond niet Vergeten’ en ‘100.000 monden gezonder’, dat in samenwerking met Buurtzorg Nederland en de GGD Flevoland van start is gegaan. Is de NVGd daar ook bij betrokken?

“Beide projecten zijn geïnitieerd door gerespecteerde leden en vrienden van de NVGd. De NVGd participeert in de klankbordgroep van beide projecten en levert expertise daar waar nodig. Onze leden nemen deel aan de lokale initiatieven van de ‘De Mond niet Vergeten’.

De NVGd is bijzonder trots op wat het project ‘De Mond niet Vergeten’ tot dusver heeft bereikt. Dit project heeft als doel dat adequate mondzorg voor thuiswonende zorgafhankelijke ouderen over enkele jaren in ons land grotendeels gemeengoed is en dat elke partij in de zorg daaraan zijn bijdrage levert. Het is een uiterst geslaagd project waar de door ons gewenste domeinoverstijgende samenwerking echt tot stand is gekomen. Het is jammer dat de inbreng van de huisartsen achterblijft, maar dat wordt ruimschoots gecompenseerd door de enthousiaste samenwerking met wijk- en thuiszorg.”

Waar is de NVGd verder nog mee bezig?

“Momenteel beraden we ons hoe onze dienstverlening en ledenactiviteiten er in de komende jaren uit moeten zien. De maatschappij en de omstandigheden waaronder we ons vak uitoefenen, veranderen. Als bestuur zijn we bezig met de vraag ‘Blijven we een ‘standaard’ wetenschappelijke vereniging met circa twee ledenactiviteiten per jaar? Of worden we een (pro)actieve branchevereniging, die zich sterk maakt voor nieuw beleid en de door onze leden gewenste veranderingen?’ Het draait om de existentiële vragen ‘Wat wil je met je vereniging bereiken, wat is je missie en visie en welk doel streef je na?’ We organiseren binnenkort een ledenraadpleging om de gewenste koers voor de toekomst te bepalen.”

Interview door Yvette in ’t Velt voor dental INFO met Wim Klüter, voorzitter van de NVGd.

Wim Klüter is voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Gerodontologie (NVGd). Hij werkt als tandarts in zijn algemene praktijk in Overasselt en bij diverse woonzorginstellingen. Sinds januari is hij ook coördinator van het ouderenonderwijs van de opleiding tandheelkunde aan het RadboudUMC. Verder maakt hij deel uit van de opleidingscommissie van de differentiatieopleiding tandarts-geriatrie bij de BT-Academy en werkt hij voor het CBT Rosmalen-Nijmegen.